24 July 2015

Moeder heeft met het afsluiten van 2009 tevens de deur van ons ouderlijk huis in Osdorp achter zich dichtgetrokken …

Wat vooraf ging...

Mijn ouders besloten in 1957 om in Amsterdam te gaan wonen. Zij als geboren Rotterdamse en hij als een volbloed Fries.

Dankzij deze dappere, moeilijke beslissing hebben wij de eer gehad om daar op te groeien.

Samen met mijn twee broers en een zusje kwamen we via 10 jaar Geuzenveld uiteindelijk in Osdorp terecht.

 

Ons Osdorp

Waarvan we inmiddels elke stoeptegel kenden. Ik kwam nog geregeld in ons ouderlijk huis in Osdorp.

- Brood van Imming

- Osdorpplein

- Gratis parkeren

 

Al heb ik Osdorp zo'n 25 jaar geleden verlaten, voelde ik mij nog steeds een oudgediende.

Soms keek ik de huidige bewoners aan met een gevoel van:

"Je moest eens weten! Jij komt net kijken."

- Ik heb kolenhandel van Vliet meegemaakt

- De Spar op de Osdorperban

- En Albert Heijn prominent in wat tegenwoordig de shopperhal is

- Ik heb de HEMA gekend zonder bovenverdieping en roltrap

- De bouw van C&A en de Meervaart

- Jongerencentrum KWAK gelegen aan de Osdorperban

- Ik heb de Osdorperban geasfalteerd zien worden

- Zondags speelden S.L.T.O., V&V en Z.S.G.O. op sportpark Ookmeer

- Op de plek van het politiebureau heb ik gevliegerd en gevoetbald

- Ik ken Rochdale nog als Patrimonium

 

Einde van een Amsterdamse periode

De laatste maand van 2009 volgde de apotheose. Wekelijks waren we op het Groenpad.

Ons huis moest worden leeggehaald. Schoon opleveren voor Patrimoni… euh … Rochdale.

28 december hebben we de sleutels ingeleverd. Na 43 jaar LIEF en leed. Over en uit.

De herinneringen aan de liefde hebben die van het leed overwonnen.

Nu is er slechts genetisch materiaal achter gebleven dat langzaam zal verwaaien met de stofresten van de renovatie.

Onze moeder is inmiddels verhuisd naar een dorp onder de rook van …

Nu, na 53 jaar is er dus een einde gekomen aan onze Amsterdamsche periode. Onze familietraditie kabbelt weer rustig voort.

Alle gezinsleden in hun eigen dorpje of stadje, maar niet meer in het mooie Amsterdam.

We schreven geschiedenis!

14 July 2015

Balkon Geuzenveld 1965

  1965

Dit is het waargebeurde verhaal over een jochie van amper vijf jaar oud. 
Het speelt zich af in Geuzenveld, halverwege de jaren zestig.

Hij woonde in de Dirk Sonoystraat 207-2. De dag was begonnen als een 
gewone dag, een doodgewone dag. Vader werkte bij de politie en had die 
dag avonddienst. Moeder was thuis en deed de huishoudelijke taken. Ze 
voelde zich gerust. De jongste twee kinderen waren ook thuis en zaten te 
spelen in het zijkamertje. Een fijn gevoel voor een altijd erg ongeruste 
moeder. Lekker veilig dus.

De oudste broer maakt huiswerk in de kamer. De broertjes speelden al een 
poosje in het zijkamertje als plotseling de balkondeur opengaat. "Zo.." 
denkt het jochie... "Nu hebben we een stuk meer speelruimte" En weldra 
is het balkon veroverd door de twee broertjes. Als heuse verhuizers 
worden allerhande speelattributen naar buiten gesjouwd. Ze gaan op in 
het spel en lijken niets in de gaten te hebben van het mooie uitzicht.

Aan de overkant is het Lambertus Zijlplein. Daar kon je de boodschappen 
doen maar daar was ook tandarts Dom. Dokter Dom werd hij thuis genoemd. 
"Volgende patiënt!" Brrr.
De iets dichterbij gelegen rolschaatsbaan kon het jochie net niet zien.
Na enige tijd waren de jongens blijkbaar 
uitgespeeld en werd het tijd om de omgeving te verkennen.

De grote broer kon al over de rand van de balustrade heen kijken en 
vermaakte zich inmiddels met het buurmeisje van 1-hoog. Het jochie 
probeerde uit alle macht om ook een glimp van de buitenwereld op te 
vangen. Eerst op zijn teentjes. Ja, nu kon hij een deel van de rolschaatsbaan wel een beetje zien. Vanaf de straatzijde kon je het kruintje van de avonturier juist boven het hek uit zien komen.

Plotseling kreeg ook hij het buurmeisje Wilma in de gaten.
Hij zwaaide naar haar. Het buurmeisje zwaaide terug. Wat een pret was dat zeg. De kleine man kende Wilma natuurlijk wel maar alleen van de straat.
Nog nooit had hij het buurmeisje van het balkon gezien. Het zwaaien en gek 
doen ging al snel vervelen.

Het jochie hing inmiddels op zijn buikje op de rand. Beneden stond het 
buurmeisje. Daaronder was de tuin van de benedenburen.
Een tuin met bloemen, gras, een tuinpad en een betonnen kist voor de kolen.
Het tuinpad en de kolenkist werd gescheiden door een groenstrook van een halve meter.
Het joch spuugde naar beneden. Hij spuugde nog eens. De klodders belandden op de groenstrook. SAAI! Een tweede doelwit werd al snel opgemerkt. Wilma!
De ondeugd begon naar beneden te spugen en probeerde zijn buurmeisje te raken. Het lukt net niet. Hij kroop naar 
voren en spuugde opnieuw. Nog een klein stukje verder. En toen..!

Moeders hart leek stil te staan. De broer van het joch rende de kamer 
binnen.
Hij schreeuwde. "Hilbert ligt beneden!". Even twijfelt moeder. 
De fantasie van een kind? Maar dan, intuïtief, loopt ze naar het balkon 
en als zij naar beneden kijkt wordt haar angstige voorgevoel bewaarheid. 
Beneden ligt haar jongste zoon.
Hij krijst!

Vader was op dat moment bezig met de zaak van een vermist jongetje uit 
de 2de Dirk Sonoystraat.
Hij was juist op weg geweest om de ouders te vertellen dat het kind terecht was als hij ter hoogte van de 
Colijnstraat een ambulance met zwaailicht tegenkomt.
Om de een of andere reden houdt het ene voertuig het andere staande en vraagt vader de ambulancechauffeur wat er aan de hand is. "Op nummer 207 is een jochie naar beneden gevallen."

"Verdomme! Dat is bij mij!" en de vader rent zonder op of om te kijken naar de flat verderop. Als hij aan de achterzijde arriveert ziet hij moeder al staan. Ze is duidelijk in paniek.
Ze trilt en merkt niet dat haar benen open liggen. Het bloed stroomt er uit. Ze was dwars door het prikkeldraad gerend en ziet slechts haar zoontje liggen. Op de groenstrook. Net tussen het pad en de 
kist in.

Als vader naast zijn zoon knielt en bezorgd naar hem kijkt tilt 
de kleine zijn hand op, wijst naar het balkon en fluistert. "Ik ben daar 
vanaf gevallen..."